Toen in 1657 de Afro-Europese Debora Nassy op het punt stond te vertrekken naar de Guyana’s met de Portugese familie Nassy, wilde zij graag een verklaring van haar vrijheid hebben. Bij een Amsterdamse notaris verklaarde David Nassy dat Debora ‘sijnde een bruijn vrouwspersoon ofte mulata’ een vrije vrouw was en in zijn huis ‘in vrijheijt geteelt & gebooren & als soodanigh oock opgevoet, sonder dat iemant ter werelt op haer persoon iets heeft te preteenderen”.